| de Fijma genealogie | home | overzicht | naamindex |
|
|
|
|
JACOB EELKESZ FIJMA Geboren te Enkhuizen 7-9-1839 op de Noorderhavendijk, overleden aldaar op 13-9-1922 in de Westerstraat. Landbouwer, pakhuisknecht, tuinman, tapper en koopman. Zoon van Eelke Jacobsz Fijma en Grietjen Blok.
Hij trouwt op 7-5-1863 in Enkhuizen met
Grietje van der Velden, geboren te Enkhuizen 14-2-1838 op de Vissersdijk,
overleden aldaar 18-5-1876 op het Verlaat. Dochter van Cornelis van der Velden
(kleermaker en brievenbesteller) en Willempje Bevoort.
Huwelijksgetuige is Enkhuizer dichter Harme Bevoort, een oom van Grietje.
Uit dit huwelijk:
Bij zijn twee huwelijken gebruikt Jacob de achternaam Eelkesz en hij tekent ook zo. Maar de kinderen worden allemaal bij de burgerlijke stand ingeschreven als Fijma en Jacob tekent de geboorteaangiften ook met J. Fijma. In het bevolkingsregister staat Jacob tot 1921 geregistreerd als Eelkesz. In 1921 is de achternaam Eelkesz doorgestreept en vervangen door Fijma. Jacob Eelkesz doet van alles om de kost te verdienen. Hij verkoopt groente en fruit uit zijn moestuin en boomgaard aan de Vissersdijk, hij heeft een koffiehuis/tapperij op het Verlaat, hij doet het onderhoud aan gemeentelijke parken en hij handelt in onroerend goed als dat zo uitkomt. In 1875 verkoopt hij zijn huis aan de Vissersdijk voor 1200 gulden en koopt hij voor 1100 gulden een koffiehuis met pakhuis op het Verlaat van de weduwe van Jan Groenewal. Hij neemt voor 300 gulden ook de inventaris van het koffiehuis over die volgens de akte van de notaris bestaat uit: Een billard met kleed, een rek, 13 queën, 3 ballen, een nummerlei, 6 tafeltjes, 12 stoelen, 4 grote drankkaraffen en 1 kleine, een waterkaraf, 40 grote en kleine glazen, 2 blaadjes, een glazen suikerpot, zes grote koppen en schotels, 5 luciferpotjes, 3 tinnen maten, een tinnen trechter, 4 lampen, 2 jalousiën, 4 horretjes, 2 papieren gordijnen, een blikken petroleumbus en 2 keulse kruiken. In de Enkhuizer Courant van 26 mei 1875 staan de volgende advertenties:
Een jaar later overlijdt Grietje van der Velden en wordt de waarde vastgesteld
van de bezittingen van het echtpaar. Zo bepaalt men het erfdeel van Jacob en
dat van de kinderen. Ze blijken 2680 gulden aan bezittingen te hebben en 1145
gulden aan schulden. Er is daarbij een inventaris gemaakt van de inboedel en
het huisraad en daar heeft de notaris een afschrift van bewaard. Zo weet je
precies wat je voorouders in huis hadden.
Het koffiehuis van Jacob Eelkesz staat aan de zuidkant van het Verlaat, ongeveer het vijfde pand vanaf de Noorderhavendijk (Kaasmarkt). In 1882 koopt hij ook het koffiehuis met inventaris van Willem Bloemendaal die kort daarvoor overleden is. Dit koffiehuis staat aan de noordkant van het Verlaat, hoek Noorderhavendijk. Een paar maanden later verkoopt hij het weer, ditmaal zonder inventaris, aan Jan Scholten die een logement met koffiehuis heeft aan de zuidkant van het Verlaat, hoek Noorderhavendijk. In de verkoopakte staat de bepaling dat de koper of volgende eigenaar nimmer een koffiehuis, tapperij of logement in het pand mag vestigen op straffe van 3000 gulden boete. Samen met Christiaan Roosendaal en Jan Barend Broers heeft Jacob Eelkesz de gemeentelijke plantsoenen en bloemperken onderhouden. In 1875 vingen ze daar 425 gulden voor. Die twee collega tuinmannen waren duidelijk ook goede vrienden want ze waren vaak getuige bij de geboorte-aangifte van Jacobs kinderen. Christiaan Roosendaal had ook een koffiehuis op het Verlaat, recht tegenover dat van Jacob Eelkesz. Als er kaasmarkt was, werd er bij hun voor de deur gehandeld in kippen, konijnen en biggen. De onderstaande foto is op die plek genoemen, misschien rond 1900.
Rond zijn 53ste verliest Jacob Eelkesz zijn rechter arm door bloedvergiftiging. Als hij een jaar later bij de notaris moet tekenen omdat hij zijn boomgaard verkoopt dan blijkt hij dat ook met links te kunnen, maar dat doet hij dan wel op een bijzondere manier:
|
